Te veel van het goede

3 maart 2012: WRB 200km Twisteden

Lang heb ik in dubio gezeten wat de titel van dit stukje moest worden. Tijdens de rit dacht ik aan ‘Zo slap als een dweil’, wat treffend mijn lichamelijke staat zou beschrijven. Eenmaal thuis gekomen vond ik bovenstaande titel beter erbij passen.

Wat ik namelijk de afgelopen zes(!) maanden teveel heb gedaan is eten, snoepen etc. zonder verdere sportieve activiteiten. Een winterslaap die zijn weerga niet kent en waarvan ik de effecten vandaag gelijk mocht meemaken.

Op 18 mei zal ik in teamverband de Fleche Duitsland gaan rijden, ons team genaamd ´De Vliegende Hollander’ bestaat uit captain Jos, Ben, Jo, Herman en mijzelf. In het kader van teambuilding was geopperd om samen het 200km brevet vanuit Twisteden te rijden, een plaatsje zo´n 25km van Venlo. Michael en Moni van ARA Niederrhein hadden deze georganiseerd.

Bij de start was ik nog redelijk optimistisch gestemd, de reis naar Twisteden was voorspoedig verlopen en de ontvangst was op zijn Duits: allerhartelijkst met koffie en koeken. Het grote gezelschap randonneurs was in opperbeste stemming, het weer zag er voor deze tijd van het jaar prima uit en ik had Jos en Ben al gauw gevonden. De andere teamleden waren helaas verhinderd.

Na de start vlogen we dan ook weg. Nog geen 25km later had ik een lekke voorband, er lagen ook wel veel steentjes op de weg.

Jos en Ben waren zo vriendelijk mij te helpen en al gauw reden we verder. Nog geen 7 km verder, in Sevenum werd ik opgeschrikt door een harde knal, de voorband was weer plat. Van de drie reservebanden waar ik mee was gestart waren er nu al twee verbruikt.

Eenmaal weer op weg zag ik na 400 meter een vreemde puist op mijn voorband, de binnenband had zich door een gat in de buitenband naar buiten gewurmd. Geen wonder dat ik nu al 2x lek had gereden. Jos en Ben waren helaas al te ver weg om mij te horen, dus ging ik maar op zoek naar een fietsenmaker voor een nieuwe buitenband. De beste man was snel gevonden, hij keek wel wat meewarrig naar mijn racefiets met naafdynamo en koplamp. Ik probeerde hem uit te leggen wat randonneuren inhoudt maar of hij het begrepen heeft?

Vanaf Sevenum naar de 1e controle in Thorn was het zo’n 40km met grotendeels wind tegen. Helaas vond ik geen fietsers om samen mee op te rijden. Om mijn tijdsverlies goed te maken wilde ik toch wat haast maken. Hierdoor blies ik mezelf aardig op. Bij de controle aangekomen hadden Ben en Jos gelukkig even op mij gewacht, ook was Tom van M. aangeschoven om een stukje met ons mee te rijden.

Vanaf Thorn naar controle Cuijk was het 80 km, grotendeels wind mee, met lange rechte wegen langs kanalen en landerijen. Tom bleek zijn conditie wel te hebben behouden tijdens de winter, samen met Jos dieselde hij hard vooruit waarbij ik er maar achteraan bungelde.

Tom verliet ons bij Someren, we gingen nu met zijn vijven verder omdat we onderweg nog een ‘Duitse Belg’ en een normale Belg hadden opgepikt.

De controle in Cuijk bestond uit pannenkoekenhuis De Zeven Dwergen. Jan, ditmaal op de normale racefiets, merkte op dat ik er wat bleek uit zag. Dat was ook precies hoe ik me voelde, helemaal op. Het was gelukkig goed toeven voor de liefhebbers van pannenkoeken en sneeuwwitjes in dit restaurant. De pannenkoek met spek en ham (oftewel Schinken pfannkuche) stond al gauw voor mij op tafel en smaakte prima.

Omdat we er iets langer zaten verzamelden zich ook steeds meer rijders, waardoor we de laatste 40km in een wat grotere groep konden rijden. De pannenkoek en rust hadden mij goed gedaan, het laatste deel ging stukken beter. In het donker kwamen we uiteindelijk bij de finish aan waar Moni ons voorzag van haar beroemde Goulash soep.

Al met al dus met de hakken over de sloot het brevet uitgereden, zonder de kopmannen die mij uit de wind hielden had het heel anders af kunnen lopen. Dat wordt dus nog even flink oefenen…